Episodes
-
Missing episodes?
-
Vanaf vier zuilen kijken verschillende dieren neer op bezoekers van de raadszaal in het gemeentehuis van Veendam: een haan, als symbool voor waakzaamheid, een de pelikaan die staat voor zorgzaamheid, een adelaar voor kracht en een uil voor wijsheid. Misschien zijn deze symbolen nooit zo toepasselijk geweest als tijdens de oorlogsjaren. Het gemeentehuis was toen het centrum van activiteiten die – in de ogen van de bezetter tenminste – het daglicht niet konden verdragen. Die vonden dan ook vooral in de avond- en nachtelijke uren plaats.
-
In de herfst en winter van 1944 kwamen er verschillende vluchtelingenstromen op gang naar het noorden van Nederland. Er werden onder meer ondervoede kinderen ‘uitgezonden’ naar het platteland. Tijdens een Verhalencafé in Stadskanaal (februari 2019) werden herinneringen opgehaald aan de Rotterdamse kinderen die in december 1944 naar Stadskanaal kwamen.
-
Voor het verzet was het niet moeilijk om de Duitse communicatie te saboteren door telefoonlijnen door te knippen of te snijden. De bovengrondse draden waren aan palen opgehangen en erg kwetsbaar. In de zomer van 1941 werden er op verschillende plaatsen in Nederland telefoonlijnen doorgeknipt, waarna de Duitse bezetter besloot om een Kabelwacht in te voeren. Maar niet de eigen manschappen werden daarvoor geselecteerd: de keuze viel op heel andere mensen.
-
In september 1944 besloten de Duitsers om de weg naar Appingedam en Delfzijl onbegaanbaar te maken voor de naderende opmars van de Canadezen. Ze lieten een groot deel van het gebied onder water zetten. Maar de inundatie bleek nutteloos; uiteindelijk trokken de geallieerden gewoon om het ondergelopen gebied heen.
-
Boer Meindert Veldman en zijn vrouw Tine waren in de oorlog 1940-1945 actief in het verzet. De boerderij op Hekkum, vlakbij Adorp, was zowel onderduikadres als uitvalsbasis voor verzetsactiviteiten. Nadat Meindert in 1944 thuis werd gearresteerd, werden de drie kinderen die op dat moment thuis waren gegijzeld, om zo hun moeder Tine naar huis te lokken. Een bijzondere aaneenschakeling van onderduikadressen, arrestaties en wonderlijke toevalligheden volgde.
-
Het Scholtenhuis was een statig pand aan de Grote Markt in Groningen, dat in de Tweede Wereldoorlog het hoofdkwartier was van de regionale afdeling van de Sichterheitsdienst (SD). Het pand is berucht om de vele martelingen die er plaats hebben gevonden. In de volksmond werd het Scholtenhuis ook wel ‘het voorportaal van de hel’ genoemd.
-
De HBS in Appingedam was geen uitzonderlijke school in de periode 1940-1945. Toch hebben het personeel en de leerlingen van deze school ook veel meegemaakt in de oorlog. Verschillende leerlingen en een leraar verdwenen vanwege hun Joodse achtergrond. Een personeelslid kwam om bij de Grebbeberg, een ander in een concentratiekamp. En de achterblijvers ploeterden voor een diploma dat ze uiteindelijk cadeau kregen.