Episodios
-
Een goed idee alléén leidt doorgaans niet tot de gewenste verandering. Wat daar dan wel voor nodig is, dat weet André Schaminée, die als partner Social Design bij organisatieadviesbureau Twynstra Gudde organisaties helpt bij het vormgeven van transities. Onlangs stelde hij daarover het magazine Handelen in transities samen, vol aansprekende praktijkvoorbeelden. Een mooi moment om eens wat dieper in de machinekamer te duiken van een transitieaanpak die werkt.
"Waarom lossen we het niet gewoon op?" Dat is de vraag die André zich regelmatig stelt om nieuwe inzichten op te doen over transities. Een deel van zijn antwoord: omdat we als maatschappij een moeizame verhouding hebben met onzekerheid. "We zijn gericht op efficiëntie en risicomitigatie, met als gevaar dat niemand handelt als er onzekerheden zijn. Maar er zitten ook risico’s aan niets doen, en doorgaan op de huidige koers." Kijkend naar de grote thema’s, zoals zorg, klimaat, stikstof, mobiliteit of wonen, is het duidelijk dat er iets moet gebeuren. En dat blijkt lastig, getuige de vele gesprekken en debatten die tot culturele en sociale conflicten en polarisatie leiden. Daar hebben we als samenleving iets te doen.
Een extra moeilijkheid is dat de overheid die deze transities mede moet vormgeven zichzelf gelijktijdig moet heruitvinden. Want de bestaande cultuur en werkwijzen helpen ons niet om snel te komen waar we moeten zijn. Aan beleid moet lerend vermogen vastzitten, en er moet meer rekening worden gehouden met de gevolgen voor de leefomgeving. Ook werkt het om te denken in termen van waarden in plaats van deelbelangen. De eigen organisatie veranderen met de luiken open en in verbinding met de samenleving. Dat is de opgave waarvoor de overheid zich gesteld ziet.
Het is een opgave van formaat. Transities zijn inhoudelijk en procesmatig zo complex dat je soms het gevoel krijgt dat je hoofd ontploft. "Het verlangen is om terug te vallen op vertrouwde aanpakken, waarvan je eigenlijk wel weet dat ze niet volstaan," zegt André daarover. "Je denkt misschien dat je tekortschiet, maar wees gerust: er is niemand die het helemaal overziet en onzekerheid kun je leren omarmen."
-
Na een mooie rondleiding spreek ik Kees Turnhout, directeur van de Port of Den Helder, over de ontwikkelingen in de haven. Waar ik voor mijn gevoel in een uithoek van Nederland ben beland, denkt Kees daar heel anders over: Den Helder is het middelpunt van Nederland, wanneer je ook het grondgebied van Nederland op de Noordzee meetelt. En er gebeurt ook nog eens veel in de haven, wat het zeer de moeite maakt om er eens wat tijd door te brengen.
Al in de tijd van Napoleon was Den Helder van strategisch belang. In onze moderne tijd neemt dat strategische belang weer toe. Den Helder is nu al een belangrijke energiehub aan de Noordzee (zo'n tachtig procent van het Noordzee aardgas komt in Den Helder op het land via gaspijpleidingen), maar met de snelle ontwikkeling op het gebied van duurzame energie gaat die rol sterk veranderen. De haven ontwikkelt zich tot dé pitstop haven aan de Noordzee voor logistieke dienstverlening, onderhoud en bevoorrading, om op die manier de energietransitie te faciliteren. Om een energietransitie te bereiken, is een haventransitie nodig, aldus Kees.
Kees spant zich volop in voor samenwerking met vele partners, zoals de Koninklijke Marine, de Kustwacht, de provincie, de gemeente en offshorebedrijven. Samen brengen ze hun belangen zo veel mogelijk bij elkaar om echt verschil te kunnen maken - van de economische ontwikkeling van de kop van Noord-Holland, de veiligheid van Nederland en de infrastructuur op de Noordzee en verduurzaming. Het maakt het betekenisvol werk.
Nieuwe ontwikkelingen kunnen verschillende effecten op je hebben, sluit Kees af: je wilt er van weglopen, je verzet je ertegen, of je omarmt ze als kans. Alleen die laatste weg brengt je de mooie dingen in het leven.
-
¿Faltan episodios?
-
In deze podcast het verhaal van Sheltersuit; een organisatie die van zichzelf zegt dat ze niet dé oplossing heeft, maar een tussenoplossing. Er is heel wat mogelijk door het gat in te vullen tussen het ontstaan van een probleem en het moment dat een meer duurzame oplossing kan worden gevonden. Ook dat vergt transformatiekracht: beginnen, waar anderen alleen toekijken, en zo op weg gaan naar grotere mogelijkheden.
Sheltersuit levert hulp aan daklozen, door ze een pak of eenpersoonstentje uit te reiken waarmee ze warm blijven en beschutting hebben. Begonnen na het overlijden van een dakloze man in Enschede heeft de organisatie inmiddels al zo'n 30.000 mensen in vele landen geholpen. Het maakt duidelijk dat wat begint met de inzet van één persoon, de potentie om heeft om uit te groeien tot iets groots dat levens verandert.
En Sheltersuit doet meer. Het is een social enterprise die negen nationaliteiten aan het werk heeft, waaronder vluchtelingen en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Er komt heel wat bij kijken om deze mensen te ondersteunen. Ook zet de organisatie zich in voor duurzaamheid, bijvoorbeeld door het hergebruik en het upcyclen van materialen. Zo maakt een kleine organisatie een groot verschil, door gewoon te beginnen, onderweg te leren in samenwerking met andere organisaties en de doelgroep, en zo een steeds grotere bijdrage te leveren. De krachtige inzet van deze mensen maakt nederig.
-
Wat is de toekomstvisie voor Nederland? Dat is een van de onderzoeksvragen waaraan het Planbureau voor de leefomgeving (PBL) bijdraagt. Welk scenario ook wordt gekozen, het is duidelijk dat onze leefomgeving onder druk staat.
We willen ruimte voor wonen, mobiliteit, landbouw, natuur en voedselvoorziening. En voor luchthavens, industrie, defensie, recreatie en bedrijven. Keuzes daarover moeten worden gemaakt tegen een achtergrond van natuurbehoud, het verbeteren van de waterkwaliteit, de reductie van de broeikasgasuitstoot, het behoud van biodiversiteit en internationale klimaat- en stikstofdoelen. Het is al met al een behoorlijk complexe puzzel om de leefbaarheid in ons land te behouden en vergroten.
Bram Bregman, hoofd van de Sector Natuur en Landelijk Gebied bij het PBL, vertelt hoe het PBL belangen afweegt en de politiek adviseert bij het maken van keuzes. De opgaven zijn talrijk, wat een hoop werkdruk oplevert voor het relatief kleine PBL. Hij spreekt open over zijn wens om het werk anders te organiseren voor zijn collega's, zodat er meer balans ontstaat. Hij wil bijdragen aan een instituut dat opener en dynamischer wordt, zich meer verbindt met partners en de samenleving, om zo de belangen van de leefomgeving meer mee te wegen.
Gezien alles wat we in Nederland doen is het volgens Bram essentieel om de leefbaarheid van ons land te vergroten. Niet alleen voor nu, maar ook voor toekomstige generaties. Een systeemaanpak volstaat niet meer. De leefomgeving moet het uitgangspunt zijn, getuige ook de steeds mondiger wordende burger die hier volop aandacht voor vraagt. Dezelfde beweging voorziet Bram ook voor het PBL zelf.
Bram hanteert drie leidende principes voor transformatie, of het nou gaat om ons land of zijn eigen afdeling: rust en ruimte, in verbinding met anderen staan, en elkaar iets gunnen. Dat die manier van werken een uitdaging is in de drukte van alledag, dat voelt hij elke dag. Het motiveert hem echter volop om zich er voor in te zetten en het morgen een beetje beter te doen dan vandaag.
-
Werken ambtenaren voor de samenleving of staan ze ten dienste van de minister? Het juiste antwoord is natuurlijk: beide, maar er zit een behoorlijk spanningsveld tussen die rollen. Zoveel zelfs, dat het ambtenaren belemmert voortvarend transitietaken op te pakken.
Dit is een van de conclusies van Rik Braams, die de afgelopen vier jaar vanuit het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat promotieonderzoek deed naar wat hij De Transformatieve Overheid is gaan noemen. Rik ontdekte dat bestaande bestuurlijke tradities ambtenaren geen legitimiteit geven om te handelen in transities. Als ambtenaren lange termijn transitietaken willen oppakken, komen ze in de knel met tegenstrijdige waarden zoals rechtmatigheid, legitimiteit en efficiency, en met politieke wensen op de kortere termijn. Dat móét anders. De overheid moet zelf transformeren, om een rol van betekenis te kunnen spelen in maatschappelijke transities.
Om dat proces te richten en te ondersteunen is volgens Rik een nieuwe bestuurlijke traditie nodig; die van de Transformatieve Overheid. Zo'n traditie kan zorgen voor de kaders voor toekomstbestendig overheidshandelen. Rik gaat er in ieder geval de komende jaren mee verder vanuit TNO Vector, omdat hij ziet dat verschillende veranderingen zó belangrijk zijn, dat we niet mogen blijven hangen in het oude systeem. Alleen als iedereen zijn rol pakt, kunnen maatschappelijke transities slagen.
-
Voor deze podcast was ik te gast bij kapitein-luitenant ter zee Erik Noordam, projectleider van Dienjaar Defensie. Dienjaar Defensie is een innovatief concept voor het binden van jonge mensen en zij-instromers aan een toekomstbestendige krijgsmacht. Het biedt een laagdrempelige kans om te ervaren wat het is om militair te zijn en tegelijkertijd een bijdrage te leveren aan onze veiligheid. Deelname aan dit programma is, in tegenstelling tot de dienstplicht zoals we die vroeger kenden, gebaseerd op intrinsieke motivatie en vrijwilligheid.
Het is de tweede keer dat Erik aan de basis staat van een omvangrijk programma om meer mensen te betrekken bij de krijgsmacht. Eerder stond hij aan de wieg van het programma Defensity College, dat studenten een maatschappelijk relevante bijbaan bij Defensie biedt. De logische vraag is dus of het de tweede keer makkelijker is.
Het blijkt niet zo te zijn. Defensity College begon bottom up, Dienjaar gaat top down. De eerste keer was er nauwelijks geld en politieke aandacht, nu volop. Ook de maatschappelijke context is inmiddels veranderd. Het betekent dat Erik weer alle zeilen moet bijzetten, en met zijn team hard trekt aan de organisatie en de inrichting van het nieuwe programma.
Een ding weet je zeker, als je Erik ergens verantwoordelijk voor maakt, gaat het hard. Dienjaar Defensie ging in enkele maanden van concept naar start. Lessen worden gaandeweg geleerd en meteen verwerkt. Waar in september 2023 werd gestart met een eerste groep van 125 dienjaarmilitairen, nam de belangstelling snel fors toe. Er nemen nu zo´n 600 mensen deel en binnen drie jaar hoopt Defensie het aantal van 1.000 te halen.
Volgens Erik werkt het omdat Defensie volop in de belangstelling staat, en omdat mensen inzien dat een jaar bij de krijgsmacht ook voor hen persoonlijk een interessante ervaring is. Het mes snijdt zelfs aan drie kanten: het Dienjaar draagt bij aan de vulling van Defensie, stimuleert deelnemers in hun professionele en persoonlijke ontwikkeling en is van maatschappelijk belang door de focus op onze nationale veiligheid en het verbinden van mensen uit alle hoeken van de samenleving.
Erik vertelt tot slot welke leiderschapskwaliteiten behulpzaam zijn om voorop te kunnen gaan bij sociale innovaties. Net als bij zijn grote interesse en hobby roeien is het team van belang, in combinatie met de kracht van elke individuele speler die maximaal bijdraagt om samen tot een topprestatie te komen.
-
60 miljoen ton afval. Dat produceren we in Nederland met z’n allen per jaar. Zo’n 80 procent wordt gerecycled, waarbij energie en grondstoffen worden teruggewonnen, maar de rest wordt verbrand. Het is allesbehalve een duurzame oplossing. Hoe het beter kan, dat bespreek ik met Elisah Pals, die in 2018 het initiatief Zero Waste naar Nederland haalde en zelf afvalvrij ging leven.
Elisah is een duizendpoot. Ze is klimaatpsycholoog, spreker, adviseur, campaigner, adviseur, docent, columnist, adviseur en klimaatburgemeester van Breda. In al deze rollen inspireert en motiveert ze mensen om afvalvrij te leven, en stimuleert ze gedragsverandering. Zelf geeft ze alvast het goede voorbeeld. Ze is niet van het wensdenken, over wat een ander, elders en vooral later moet doen om problemen op te lossen. Ze laat zien hoe het moet en deelt kennis en verhalen over wat we hier en nu zelf kunnen bijdragen, door samenwerking.
Hoewel duurzaamheid en circulariteit inmiddels trending topics zijn, is onze samenleving er toch nog steeds eentje van "gemak, goedkoop en snel weggooien". Elisah weet dat er een systeemverandering nodig is om het tijd te keren, en ze laat zien wat er nodig is om van een wegwerpmaatschappij naar een duurzame maatschappij te komen. Hoewel ze inmiddels heel veel mensen bereikt met inspirerende campagnes, heeft ze nog regelmatig het gevoel dat ze tegen de stroom in moet roeien. Wat deze verschilmaker inspireert om door te gaan én wanneer ze tevreden is, dat hoor je in aflevering 18 van Transformatiekracht - de leiderschapspodcast.
-
Van stratenmaker tot militair, van spion tot tv-persoonlijkheid en van ondernemer tot theatermaker; Ray Klaassens is het allemaal. Hij heeft er zijn handelsmerk van gemaakt om te blijven groeien door (steeds bewuster) uit zijn comfortzone te blijven stappen. Hij vertelt bevlogen over de eigenschappen die hem helpen op zijn groeipad, en reflecteert scherp op de moeilijke tijden in zijn leven. Omdat hij inziet dat échte groei ligt in doorzetten, juist op die momenten.
Veel mensen kijken naar Ray als tv-persoonlijkheid of oud-commando. Dat zo’n ‘bijzondere vent’ dingen voor elkaar krijgt, geloven ze wel. Maar of ze het ook zélf kunnen? Als hij het weer eens hoort, houdt hij mensen voor dat ze naar een momentopname van hem kijken (een snapshot noemt hij dat). Het moeilijke proces dat hij nodig had om daar te komen, wordt niet gezien. Maar echte persoonlijkheid wordt gevormd op vele momenten, die je meemaakt op weg naar je droom. Het betekent doorzetten als het moeilijk is en een eerste stap zetten, ook als je nog niet precies weet hoe. ‘Als ík dat kan, dan kan iedereen het,’ zo stelt Ray. ‘Als je dat niet gelooft, dan houdt je eigen hersenpan je voor de gek.’
Ray gunt iedereen het gevoel van trots, dat voelbaar is als je een overwinning op jezelf bereikt. Daarom zoekt hij steeds weer naar nieuwe en aansprekende manieren om mensen te inspireren en motiveren om het beste uit zichzelf te halen. Vanaf januari 2024 is hij te zien in het vierde seizoen van Kamp van Koningsbrugge en in het nieuwe tv-programma No Way Back. Ook gaat hij door met zijn keynotes en theatershows. Vanaf vanaf 9 januari ligt zijn boek ´Groeipijn´ in de winkel. Daarin laat hij aan de hand van de meest vormende momenten in zijn leven zien dat persoonlijke groei niet altijd makkelijk is, maar dat moeite doen altijd loont.
-
Plezier en vooruitgang met elke verbinding. Dát is de doelstelling van Jeroen Hoencamp, die al weer zeven jaar de scepter zwaait bij VodafoneZiggo. Vooruitgang betekent voor hem: niemand achterlaten. Verbinding betekent dat afstanden tussen mensen er niet meer toe doen. Met deze doelstelling werd VodafoneZiggo een grote speler op het gebied van mobiele telefonie en marktleider in televisie.
Jeroen schroomde niet om heilige huisjes omver te schoppen bij het creëren van het bedrijf, dat is ontstaan na de fusie van twee sterke merken. Hij zette stevig in op een interne cultuurverandering, met focus op leiderschap en mensen. Dat viel op: in 2023 werd VodafoneZiggo uitgeroepen tot bedrijf met de beste reputatie op het gebied van goed werkgeverschap in de sector IT&Telecom. Op het hoofdkantoor op station Utrecht Centraal bruist het. De openheid en de verbinding waar Jeroen voor staat, zijn er merkbaar. Dat dat opvalt, doet hem goed, want het betekent dat de cultuur en de waarden van het bedrijf ook echt door mensen worden doorleefd. 'Cultuur veranderen, doe je persoon voor persoon.' Mét een gedeelde en krachtige visie: 'a plan on a page.'
Dat het bedrijf de beste en snelste netwerken biedt, is bijna een vanzelfsprekendheid voor Jeroen. Zijn échte drive zit bij het leveren van de beste zorg voor klanten (de Coolblue norm, noemt hij dat) en een sterke focus op datgene waar die klanten de netwerken voor gebruiken: entertainment. Alleen het leveren van de allerbeste experience voor de klant, is voor hem goed genoeg.
Als tech-kenner ziet Jeroen als geen ander de kansen van een digitale samenleving. Maar hij ziet ook dat de ‘digital divide’ steeds groter wordt. Steeds meer mensen zullen moeite hebben om mee te blijven doen. Banen verdwijnen of veranderen fundamenteel. Het is een grote uitdaging voor de maatschappij; reden voor Jeroen om mede-initiatiefnemer te worden van de Digitale Alliantie, die het thema op de agenda houdt.
Onlangs kondigde hij zijn vertrek aan, per mei 2024. Hij gaat lekker reizen met zijn vrouw. Gezien de energie en het enthousiasme waarmee hij nadenkt over grote uitdagingen, kan het alleen bijna niet anders of hij zet zijn tanden straks toch weer in een van de grote opgaven in onze samenleving. We kijken er naar uit!
-
"We hebben het systeem zo ingewikkeld gemaakt, dat we niet meer weten wie we moeten zijn." Dat zegt ervaringsdeskundige Benito Walker over de jeugdzorg in Nederland.
Benito verbleef van zijn tweede tot zijn vijftiende in een gezinshuis. Dat ging niet goed. "Een kind in de jeugdzorg krijgt meteen een diagnose. En dan luistert niemand meer naar hem of haar, terwijl dat kind er niets aan kan doen dat zijn ouders niet voor hem kunnen zorgen. Zo'n kind hoeft alleen maar liefdevol opgevoed te worden," aldus Benito.
De problemen in zijn eigen gezinshuis zijn volgens hem echt niet het enige voorbeeld van een falende jeugdzorg. Verstrikt in een woud aan jeugdprofessionals is het toezicht op gezinshuizen niet voldoende geregeld. Benito wil de kinderen in de jeugdzorg een stem geven; voor ze op komen waar ze dat zelf nog niet kunnen.
Op zijn 22e bewijst Benito dat leiderschap niets te maken heeft met leeftijd. Hij voelt de verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een betere wereld tot in zijn tenen, en spant zich ook in op andere dossiers die op zijn zachtst gezegd ingewikkeld zijn. Hij wil laten zien wat er schort aan het systeem, maar vooral ook meedenken hoe het beter kan. En dat doet hij op vele fronten, en het liefst in verbinding met anderen. Wat hem betreft zijn er iets te veel verschillende bubbels in onze samenleving, die ervoor zorgen dat mensen elkaar niet zien. Dat wil hij doorbreken, op weg naar een betere samenleving. Waar we hem nog allemaal gaan zien, dat weet hij nog niet, maar dat hij ver gaat komen, dat durf ik wel te voorspellen.
-
“We zien ze vliegen, maar wat moeten we ermee?” Die vraag hoort Rik Bijl regelmatig als hij praat over de snelle ontwikkelingen in de dronetechnologie. Rik weet precies wat we ermee moeten, en hoe hij een groeiende schare aan klanten kan ondersteunen met zijn drones. Hij was er dan ook vroeg bij en besloot zijn aandeel in zijn eigen IT-bedrijf te verkopen en Euro Drone Inspections op te richten. Zo ontdekte hij een hele nieuwe wereld… vanuit de lucht.
Dronevliegen gaat niet zozeer over het vliegen zelf, maar over het verzamelen van data met sensoren die eronder hangen. Denk aan gespecialiseerde, visuele inspecties voor de chemische industrie, emissiemetingen van schepen, opsporingswerkzaamheden of het inmeten van land, bruggen en tunnels. De toepassingsmogelijkheden zijn groot. Helaas wil het feit dat iets technisch mogelijk is, niet zeggen dat het ook altijd mag. Een deel van het pionierswerk bestaat daarom uit het afstemmen met handhavers en inspectiediensten, die volgens Rik aanvankelijk vooral hun best leken te doen om drones uit de lucht te houden.
“Ik werd tegengewerkt en dat was frustrerend. Maar iemand moet het doen en het helpt dat je weet dat je met iets bezig bent dat veel potentie heeft. Inspecties met behulp van drones zijn gewoon sneller, veiliger en goedkoper,” aldus Rik. En zo begon hij als een Don Quichot de weg te banen voor deze nieuwe technologie. Hij denkt mee over regelgeving en handhaving, informeerde de Tweede Kamer en ziet als geen ander dat de publieke acceptatie over de inzet van onbemande vliegtuigjes een aandachtspunt is. Er gaan heel wat uren inzitten om van een hobby te komen tot een gecertificeerd dronebedrijf.
Gevraagd naar wat er nog aan zit te komen, noemt Rik brandbestrijding op grote hoogte, gevelreiniging van flats, gespecialiseerde bezorgdiensten en natuurlijk de dronetaxi, waar al volop mee wordt geëxperimenteerd. Ook op het gebied van entertainment groeien de toepassingsmogelijkheden. De kers op de taart? De samenwerking met zijn zoons Max en Pim, beiden toppers op het gebied van film- en video, al dan niet met drones. “We maakten samen een prachtige productie op de Maassilo, waarbij we met een drone onder de ellebogen van Afrojack door vlogen.” Tja, iemand moet het doen.
-
Hard lopen en voorop lopen. Dat kan Marlin van Hal als de beste. Als langeafstandloper haalde ze verschillende medailles op nationale en Europese kampioenschappen en daarbij leerde ze wat het is om pijn te leiden én trots te worden. Vandaag de dag zet ze al haar energie en snelheid in om de veiligheid en weerbaarheid van ons land te versterken. Als algemeen directeur van Triangular Group Academy levert ze opleidings- en trainingscapaciteit voor (met name) geüniformeerde beroepen.
Marlin gelooft in de kracht van publieke-private samenwerking. Zo kan bij organisaties als Defensie en de politie versneld worden gewerkt aan capaciteitsopbouw en worden deze organisaties sterker. Internationaal zijn er al vele voorbeelden van zulke strategische partnerschappen en ook in Nederland neemt de samenwerking nu toe. Triangular Group Academy levert een groeiend deel van de flexibele schil rondom de krijgsmacht en ondersteunt Defensie zo bij het verhogen van de gereedstelling. Triangular Group Academy heeft overigens geen problemen met het aantrekken van mensen hiervoor: oud-militairen en -politieagenten blijken graag bij de organisatie te werken. Marlin legt uit waarom.
Marlin heeft door de topsport verschillende eigenschappen aangeleerd die ze meeneemt in haar carrière. Zo ziet ze als geen ander de kracht van een team (in je eentje is het nou eenmaal veel minder leuk om successen te vieren) en is ze oké met haar eigen falen en fouten. Tijdens het lopen wist ze dat ze naar zichzelf moest kijken als iets niet lukte; een eigenschap die ze ook in haar huidige werk toepast. Getuige de tientallen opmerkingen die ze maandelijks krijgt over haar geslacht, leeftijd of blonde haren, voldoet Marlin niet aan de norm die we met z’n allen blijkbaar hebben van een directeur. ‘Van wie ben jij de vrouw ook al weer?’, kreeg ze bijvoorbeeld te horen van een klant. Soms kan ze het naast zich neerleggen, soms irriteert het haar, maar het houdt haar op geen enkele manier tegen om impact te maken. De manier waarop ze dat doet valt op, getuige de vermelding in de lijst 35 under 35; een lijst met 35 impactmakers op het gebied van vrede en veiligheid onder de 35 jaar, samengesteld door het Jason Institute for Peace and Security Studies.
-
Klimaatverandering drukt op meer dan één manier een stempel op ons leven. Het is niet alleen een ecologisch vraagstuk, maar heeft consequenties voor onze economie, de manier waarop we leven, waar we leven, en onze veiligheid. Hoe groot die impact is, zag Tom Middendorp, toen hij als Commandant der Strijdkrachten meer dan twintig crisisgebieden bezocht. In Afghanistan zag hij hoe waterschaarste tot spanningen leidt tussen boeren en hoe de Taliban daar misbruik van maakt. En in Somalië zag hij hoe boeren en vissers de piraterij in gedreven worden. Het raakt hem dat er veel aan symptoombestrijding wordt gedaan, terwijl klimaatverandering het diepere, achterliggende probleem is.
Volgens Tom onderschatten we op dit moment absoluut wat de economische, sociale en ook veiligheidsimpact van klimaatverandering is. Dat inzicht leidde ertoe dat hij zich na zijn functioneel leeftijdsontslag bij Defensie bleef inzetten als klimaatgeneraal. De grote vraag die hij zich daarbij stelt, is hoe we om moeten gaan met een toenemende kloof tussen vraag en aanbod in de wereld, nu de bevolking groeit en grondstoffen, water en eten schaars worden. Hoe minder we die kloof kunnen overbruggen, hoe meer dat zal leiden tot conflicten, ontwrichting, extremisme en migratiestromen.
Tom is geen doemdenker en denkt volop na over oplossingsrichtingen. Hij heeft een heilig vertrouwen in de menselijke inventiviteit en ziet talloze innovaties en samenwerkingen ontstaan waarover hij glashelder en positief vertelt. Ook heeft hij een wereldwijd netwerk opgericht met politieke en militaire leiders die bij elkaar komen om de bewustwording te vergroten, de urgentie duidelijk te maken en concrete stappen vooruit te zetten. Zijn boek Klimaatgeneraal wordt inmiddels verfilmd.
Tom is ervan overtuigd dat een individu of kleine groep het verschil kan maken en impact kan maken in de eigen omgeving. Hoe hij dat zelf doet, komt uitgebreid aan bod. Zijn motto Think Big, Act Small, Start Somewhere helpt hem daarbij. De kunst is om te beginnen. Want vele druppels maken vanzelf een beweging en het geeft een goed gevoel om iets bij te dragen. Hoe groot de benodige transformatie ook is.
-
Energie was voor veel mensen lange tijd een onderwerp van weinig interesse. Dat veranderde in één klap toen de leveringszekerheid en de betaalbaarheid van energie onder druk kwamen te staan en we te maken kregen met een energiecrisis. Een van de belangrijkste transities van deze tijd, de energietransitie, is daarmee veel meer dan een technisch verhaal. De transitie brengt grote sociaal-maatschappelijke en ecologische uitdagingen met zich mee, waarop we als samenleving in hoog tempo antwoorden zullen moeten vinden.
In aflevering 10 van Transformatiekracht - de leiderschapspodcast spreek ik de CEO van Eneco, As Tempelman. Hij gaat voorop in deze transitie, met een bedrijf dat pionier is op het gebied van groene energie. Hij vertelt bevlogen over zijn visie op de toekomst, over concrete stappen op weg daar naartoe en over zijn drive om de wereld beter achter te laten voor volgende generaties.
Met bijna drie decennia ervaring in de wereld van energie heeft As het allemaal gezien. Hij ging de wereld rond, van de oliesector naar de gassector en vervolgens door naar duurzame energiesystemen. Zo bewoog hij letterlijk mee met de energietransitie. Als iemand weet wat er moet gebeuren, dan is hij het. Het gaat hem aan het hart dat de wereldwijde vraag naar energie nog steeds stijgt, terwijl we nu al meer uit onze planeet putten dan die kan regenereren. Het klimaatprobleem is urgent en het tempo moet fors omhoog om dat aan te pakken. Daaraan wil hij bijdragen.
Hij ziet er ook voldoende kansen toe. Elektrificeren, meer groene stroom opwekken en inzetten op waterstof zijn al volop beschikbaar. De techniek om energie op te slaan in batterijen die voor ieder huishouden beschikbaar zijn, komt eraan. Dat is belangrijk omdat groene energie weersafhankelijk is en de hoeveelheid beschikbare energie dus per dag kan verschillen. Daarnaast zijn er volop mogelijkheden om het energiesysteem slimmer te maken, bijvoorbeeld door veel meer gebruik te gaan maken van data. De energietransitie gaat dan ook hand in hand met een gigantische digitale transformatie.
De drie grote uitdagingen waarmee Eneco zich bezig houdt, zijn: hoe zorgen we voor genoeg energie, voor betaalbare energie en voor duurzame energie. As licht zijn visie hierop toe. Als antwoord op alle drie de vragen zet Eneco honderd procent in op duurzame energie. Het bedrijf verkoopt uitsluitend groene stroom. Bij projecten wordt niet alleen gekeken naar het financiële rendement, maar ook naar het ecologisch rendement, naar klimaat, biodiversiteit en het sociaal-maatschappelijk belang. Volgens As kan dat niet meer anders, in het belang van onze planeet en van toekomstige generaties.
As roept alle bedrijven op om niet alleen financiële doelstellingen mee te laten wegen. De vraag moet zijn: waar staan we voor als samenleving en hoe gaan wij als organisatie bijdragen aan die doelstellingen. En vanzelfsprekend mag het dan niet blijven bij visies. Moed en een flinke dosis executiekracht zijn nodig om concrete stappen te zetten richting de toekomst. As zou graag zien dat iedereen intrinsiek gemotiveerd is om bij te dragen aan de klimaatopgaven en een betere toekomst. Voor hemzelf geldt dat hij bij alles wat hij doet, de hoop uitspreekt dat volgende generaties positief zullen oordelen over alles wat hij heeft bijgedragen.
-
In aflevering 9 van Transformatiekracht – de leiderschapspodcast ga ik in gesprek met Jan-Willem Vogels, Sustainable Business Manager Energietransitie bij de Rabobank. Hij ontwikkelde een visie Verduurzaming Bedrijventerreinen met bijbehorende uitvoeringsagenda, én hij maakt de dingen graag concreet. Zo zet hij zich in om coalities te smeden op het gebied van de energietransitie en is hij met gemeenten en bedrijven aan de slag met de verduurzaming van bedrijventerreinen.
Dat dat belangrijk is, blijkt wel uit de cijfers die Jan-Willem deelt: 25 procent van alle energie wordt gebruikt op deze terreinen, 30 procent van de werkende bevolking werkt op zo’n terrein en 40 procent van het MKB is er gevestigd. Als je dus impact wilt maken in de energietransitie of op het gebied van circulariteit, dan is het belangrijk bedrijventerreinen te omarmen als focusgebieden.
Innoveren is belangrijk volgens Jan-Willem, want niemand weet van tevoren hoe het pad naar de toekomst eruit ziet. Een ook doorzettingsvermogen mag niet ontbreken, want zodra de eerste stappen zijn gezet, komen er weer nieuwe uitdagingen. Het is een traject van lange adem; een transitie die diep ingrijpt in de leefomgeving van mensen en bedrijven. Niemand kan aan de zijlijn blijven staan. Iedereen is er onderdeel van.
De energietransitie is ook één van de grootste economische veranderingen in de komende tien jaar, waarbij het voor Jan-Willem helder is dat bedrijven die nu verduurzamen, toekomstbestendiger zijn dan bedrijven die dat niet doen. Het is precies de reden dat de Rabobank haar klanten graag met haar kennis, netwerk en met financiering ondersteunt bij het maken van de nodige verduurzamingsslagen.
Samenwerken is alles op het gebied van energietransitie. Een mooie trend die Jan-Willem ziet, zijn de deelplatformen. Hierbij schaffen bedrijven bijvoorbeeld gezamenlijk een aantal machines aan, die circuleren in een pool. Ook is Jan-Willem fan van energy hubs, waarbij bedrijven met grote opwekcapaciteit worden gekoppeld aan bedrijven die juist veel energie nodig hebben. En zo ontstaan er momenteel heel veel nieuwe samenwerkingen. Vaak wordt gestart met kleine coalities, waar nodig met een subsidie van de overheid, die achterblijvers inspireren om ook aan te haken.
Jan-Willem denkt graag mee om deze energy hubs te helpen omvormen naar echte energiecoöperaties die winsten gaan maken die direct terugvloeien naar de bedrijven. Als vervolgens ook gemeenten, provincies en netbeheerders aanhaken, dan ontstaat lokale publiek-private samenwerking die écht het verschil maakt. Zo kunnen deelnemers samen steeds grotere stappen zetten op we naar een duurzamere toekomst.
-
Van de auto-industrie tot elektronica en kleding, en van verpakkingen tot de kunstmest die wordt gebruikt om de wereld te voeden… de chemische industrie is overal. SABIC is hierin een wereldspeler van formaat. Als het op twee na grootste petrochemische bedrijf ter wereld maakt het bedrijf kunststoffen voor vrijwel alle producten die wij elke dag gebruiken. We hebben onze huidige levensstandaard te danken aan de petrochemie. Het probleem is alleen dat het ook vervuiling op grote schaal met zich meebrengt. Omdat er momenteel helaas nog te weinig alternatieven zijn die op wereldschaal toepasbaar zijn, is de verduurzaming van de petrochemie topprioriteit.
In deze aflevering van Transformatiekracht - de leiderschapspodcast ontmoeten we Frank Kuijpers, General Manager Sustainability bij SABIC. Hij is optimistisch over de mogelijkheden: “als je ziet wat de industrie allemaal heeft ontwikkeld, dan betekent dat dat er meer dan voldoende ontwikkel- en innovatiekracht is om het probleem dat de sector heeft gecreëerd, ook op te lossen.” Of het nou gaat om klimaat, PFAS, verduurzaming, stikstof of circulariteit; het is een bijzonder interessante tijd om te kijken hoe je je daarin als bedrijf kunt profileren en de transformatie op deze gebieden mee kunt inzetten.
Wat nodig is, is samenwerking met een scala aan partners, aldus Frank. Te beginnen bij de overheid, die moet zorgen voor wetgeving en infrastructuur. “Op dit moment is het voordeliger om plastic te verbranden dan om het circulair te maken. Dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn. De overheid moet er dan ook voor zorgen dat de regels voor bedrijven zo worden aangepast dat het ook mogelijk is om veranderingen door te voeren.”
Maar ook de industrie moet zijn verantwoordelijkheid nemen, stelt Frank, bijvoorbeeld door duurzame producten te maken, hergebruikopties te ontwikkelen en om ervoor te zorgen dat het gedrag van mensen verandert en producten worden ingeleverd in plaats van weggegooid. Het gebruik en de toepassing van biogrondstoffen moeten naar de schaalgrootte van de fossiele grondstoffen. Bedrijven moeten onderling ook meer samenwerken in plaats van concurreren om de transformatie op gang te krijgen. Zo moeten we denken in waardeketens waarin elke partner het gemakkelijker moet maken voor anderen in de keten om producten eenvoudig uit elkaar te halen en om materialen weer als grondstof te kunnen gebruiken. Positief is in ieder geval dat samenwerking tussen grootbedrijven, supermarkten, afvalverwerkers en grondstofproducenten steeds meer op gang komt. Iets wat jaren geleden nog ondenkbaar was.
De polarisatie in de maatschappij is volgens Frank een van de grootste bedreigingen voor transformatie: tegenstellingen moeten worden overbrugd om samenwerking mogelijk te maken en de grote problemen van deze tijd op te lossen. De jeugd enthousiast maken voor moeilijke thema’s, partijen blijven samenbrengen en het grote verhaal blijven vertellen en praktisch maken, zijn voor Frank allemaal onderdeel van de oplossing.
-
Hugo Goedhart en Alfred van der Klis bedachten jaren geleden het programma Defensity College, waarmee studenten uit alle richtingen worden betrokken bij de krijgsmacht. Na een vraag van de hoogste defensieleiding over hoe de maatschappij meer betrokken kon worden bij veiligheid, stroopten zij als defensiemedewerkers de mouwen op en werkten hun vernieuwende idee uit samen met collega Erik Noordam. Vijf later was Defensity College het nummer-1 werkstudentprogramma in Nederland en momenteel wordt het programma geborgd als splinternieuw defensieonderdeel.
Voor Hugo en Alfred tijd om iets nieuws te gaan creëren buiten Defensie; een maatje groter dit keer. Ze bedachten Society College, waarmee ze een brede reservecapaciteit willen bouwen om bijvoorbeeld crises te helpen opvangen en de samenleving weerbaarder te maken. Deelnemers krijgen een vormingsprogramma en kunnen via Society College maatschappelijk relevante werkervaring opdoen en werken aan hun persoonlijke groei. De heren voorzien dat Society College een brede samenwerking wordt tussen de publieke en private sector, omdat alleen op die manier het maximale uit het potentieel in Nederland kan worden gehaald. Hugo en Alfred denken nooit klein, hebben inmiddels al internationale interesse voor hun programma en durven inmiddels al te dromen van een internationaal vervolg.Luister mee naar twee vernieuwende denkers, die sociale innovaties creëren die maar weinigen hen na doen. Ze mogen daarom zeker niet ontbreken in een serie over mensen die voorop gaan in transformaties.
-
Wie jaren geleden had gezegd dat de postkantoren zouden sluiten en dat postafhandeling zou worden ondergebracht bij andere winkels, was vast voor gek verklaard. Wie voorspelde dat het aandeel post zou gaan afnemen ten gunste van de markt voor pakketbezorging, ook. Toch was dit precies wat Herna Verhagen voorzag toen ze zo’n elf jaar geleden aantrad als CEO van een noodlijdend PostNL.
Ze transformeerde PostNL van een bedrijf dat vooral aandacht heeft voor een afnemende markt voor de bezorging van brieven, naar een pakketspecialist die meegroeit met de markt voor e-commerce. Dat betekende vol inzetten op digitale transformatie, waar het bedrijf relatief vroegtijdig mee begon. Medewerkers in het bedrijf werden stap voor stap betrokken bij en wegwijs gemaakt in de nieuwe technologie. Niet alleen de klant wordt daarmee nu voorzien van real-time informatie, maar de medewerkers zelf hebben nu meer autonomie in de inrichting van hun werkdag.
Naast digitale transformatie zet PostNL ook volop in op verduurzaming. Van het gebruik van biobrandstoffen en het bouwen van speciale pompen bij postsorteercentra, tot elektrisch rijden en zelfs de ontwikkeling van eigen light electronic vehicles om de binnensteden te bedienen.
Ook zet Herna zich in voor diversiteit en inclusie. Iedereen moet zichzelf kunnen zijn en kunnen bijdragen aan de arbeidsmarkt op een manier die past. Begin dit jaar heeft ze bijgedragen aan de lancering van het SER-diversiteitsplatform, waarmee inzichtelijk wordt gemaakt hoe bedrijven scoren op dit gebied. Uit Herna's verhaal wordt duidelijk dat we in Nederland op dit vlak nog een lange weg te gaan hebben.
-
Wat betekent technologie voor ons dagelijks leven en voor onze samenleving? Welke maatschappelijke kwesties kunnen we ermee oplossen en wat voor ethische vraagstukken komen daar bij kijken? Het zijn vragen waarin professor Rinie van Est zich al jaren verdiept, als onderzoeker bij het Rathenau Instituut en de TU Eindhoven.
Als natuurkundige en technologiekenner ziet Rinie volop kansen van opkomende technologieën. In de Europese Unie wordt niet voor niets gesproken over de twin transition, waarin de digitale transformatie bijdraagt om verduurzamingsdoelstellingen te behalen. Maar, Rinie waarschuwt voor teveel en eenzijdig vooruitgangsdenken. Technologieën, zoals AI, hebben ook negatieve invloed op onze autonomie en ons keuzegedrag. De macht van een aantal grote bedrijven neemt fors toe zonder veel toezicht daarop en er gaat veel misinformatie rond op internet. Door slimme meters, smartphones en smartwatches wordt ons hele leven continu gemonitord. Privacy is een issue. Het zijn enkele voorbeelden van thema’s die volgens Rinie snel een stevigere plek op de politieke agenda verdienen. Gelukkig is er sprake van een kentering en wordt inmiddels gewerkt aan Europese Unie wetgeving. Wat daar voor nodig was, was dat de Russische inmenging in de Amerikaanse verkiezingen blootlegde dat technologie via slimme algoritmes ons gedrag en ons democratisch proces beïnvloedt. De belangrijkste achterliggende vraag is of we nog in staat zijn om vast te stellen wat er werkelijk aan de hand is.
Bewustwording in de samenleving is noodzaak volgens Rinie. Hij voegt daarom graag een derde onderdeel toe aan de twin transition: de democratische transitie. Het gaat volgens hem al lang niet meer alleen over de inhoud van de duurzaamheidstransitie of de digitale transitie, maar over de manier waarop we daarover praten en besluiten. En over de manier waarop burgers, experts en belangengroepen daarbij betrokken worden . Hij vergelijkt het met het op de markt brengen van een nieuw medicijn. Daarvoor zijn jarenlange tests nodig. Chat GPT wordt op de markt gebracht terwijl diezelfde markt gaat bijdragen aan het verbeteren van het product. Het kan, maar er zitten nou eenmaal nadelen aan wat betreft de controleerbaarheid van informatie. Wat nodig is, zijn regelgeving, kennisdeling en een stevig publiek debat over de rol van de mens binnen de technologie. Het moet gaan over de vraag hoeveel zorg we aan robots willen overlaten, hoe we omgaan met de toenemende hoeveelheid datacenters of hoe we voorkomen dat de overheid zich laat leiden door algoritmes, met een toeslagenaffaire tot gevolg.
Volgens Rinie wordt het met andere woorden hoog tijd dat onze democratie het technologische karakter van de samenleving serieus gaat nemen. Vanuit het Rathenau Instituut ondersteunt hij zo’n debat graag met kennis.
-
In de vijfde aflevering van Transformatiekracht - de leiderschapspodcast ontmoet ik Jacco Vonhof, de inspirerende voorzitter van MKB Nederland. Met passie en een lichte twinkeling in zijn ogen maakt hij duidelijk waarom we zuinig moeten zijn op ondernemers.
99 procent van alle bedrijven in Nederland valt onder het Midden- en Kleinbedrijf. Als koepelorganisatie komt MKB Nederland op voor hun belangen. Dat is een heel karwei, want er zijn meer dan 120 aangesloten brancheverenigingen, van kappers tot horecaondernemers en van schoonmaakbedrijven tot de bakker op de hoek. Of zoals Jacco het zegt: “van uitvaartondernemer tot ballonvaarder. Ze doen beiden iets met een uitvaart, maar verder lijkt het totaal niet op elkaar en hebben ze verschillende belangen”.
Al deze ondernemers komen samen vanuit de gedachte dat er meer is wat ze bindt dan wat ze onderscheidt. Alleen zo kan een vuist worden gemaakt naar de politiek, die volgens Jacco aan zet is om de regeldruk te verlagen en ondernemers met koersvast beleid in staat te stellen om bij te dragen aan transformatieopgaven. “Een ondernemer werkt hard en is de hele dag bezig met zijn zaak en zijn personeel”, aldus Jacco. “Om half 9 ’s avonds moet hij dan nog een keer gaan nadenken over energie en klimaat, digitalisering en de problemen die hij wellicht heeft om voldoende personeel te vinden. En dat doet hij zelf, zonder consultants en grote staven die daar voor hem over nadenken. MKB Nederland ondersteunt bedrijven hierin”.
Een dossier dat Jacco aan het hart gaat, is het betrekken van iedereen die dat wil bij het arbeidsproces. In zijn eigen schoonmaakbedrijf ziet hij wat er nodig is om mensen op de onderste sport van de ladder te betrekken, op te leiden en te begeleiden. Dat moet beter, want de arbeidsmarkt is krap en iedereen is nodig. Maar door een aantal perverse prikkels in het systeem loont het voor veel mensen op die onderste sport niet om meer te gaan werken. Dat kan zo niet langer en dat moet dus veranderen. Ook hier is de politiek aan zet.
Jacco Vonhof komt onvermoeibaar op voor de kleine ondernemer. Hij praat klare taal en steekt niet onder stoelen of banken dat hij het vele praten soms vervelend vindt. Ondernemers willen actie en hij zelf ook. Daarom heeft hij een hele eigen agenda in de maak waarmee ondernemers beter gefaciliteerd kunnen worden. “Wat we nodig hebben, is een paar stoere politici, die dingen aanpakken. Minder beleid en meer uitvoering.”
Dit en meer over wat hij zelf meebrengt om voorop te blijven gaan in deze omgeving, hoor je in dit gesprek met Jacco Vonhof.
- Mostrar más